Maand: februari 2011

Read. My. Tweets!

‘Read my lips’ is eigenlijk de uitdrukking, maar ja, het is een beperking van Twitter.
Je kunt alleen maar lezen wat iemand schrijft, je kunt niet zien welke kop hij er bij trekt. En daar wil ik het even over hebben. Want ik word er bij vlagen helemaal gek van. De misinterpretatie, de eigen invulling, de verdraaiing. het gebrek aan vermogen om de boodschap los te zien van de betrekking.
Om nog maar te zwijgen over het rukken uit het verband en het herplaatsen buiten de context.

In de omgang met @berendquest houdt u wat mij betreft de volgende uitgangspunten in het achterhoofd:

  • Een ‘?’ is een vraagteken
    Dus, het is geen irritatieteken, ironieteken, uitroepteken, verontwaardigingsteken, wat ben jij dom teken, man, man, ga naar school teken, rot naar je grootje teken, of welk ander teken dan ook.
    Als ik een ‘?’ aan het einde van een zin zet, dan stel ik een vraag.
    En dat jij daar rode oren van krijgt, dat jij daar van alles achter zoekt en dat jouw rottige relatie met je moeder daar van gaat opspelen, daar kan ik dus niets aan doen.
  • Nee, op een ‘?’ hoef jij helemaal niet te antwoorden
    Inderdaad, dat hoef jij niet. Ik stel een vraag en geen antwoord is ook een antwoord. Daar kan ik, een uitzondering daargelaten, heel goed mee leven.
    Misschien moet jij daar ook eens genoegen mee nemen. Dat je geen antwoord krijgt. Dat is namelijk het mooie van Twitter. Anders dan in het gewone leven kan je – en mag je – uit ieder gesprek en op elk moment dat jij dat wilt weglopen.
    En of dat nu is omdat de aardappelen overkoken, je kinderen thuiskomen of je man je van achteren tegen het bureau staat te nemen daar heeft niemand wat mee te maken.
    Voel je vooral vrij.
  • Oh, je volgt me niet meer
    Nou en. Dat mag. Je mag volgen, je mag stoppen met volgen. We zijn niet getrouwd, we zijn geen familie en we wonen zelfs niet in het zelfde huis. En als was dat nog zo, dan nog mag je me volgen, maar het hoeft niet.
  • Nee, je volgt me niet meer!
    Dus kssst, wegwezen. Niet gaan lopen piepen waarom je me niet meer volgt. Ik wil het niet weten. Het boeit me niet. Want – zie ook het eerste punt – zou het mij al boeien, dan kan ik jou de vraag stellen: ‘Hey, @mallemoedervangino, waarom volg jij mij niet meer?’ Opmerkingen als ‘dat valt me van jou tegen’, ‘nou, nou, hoe ongenuanceerd’, ‘ik ga jou maar eens ontvolgen’ en meer van deze poëtische en literaire hoogstandjes voegen aan mijn wereld niets toe. Ik word er niet anders van, ik ga me niet anders gedragen en het zegt mij in de regel alleen iets over jou.
    Je volgt mijn account, of je volgt me niet.
  • Inderdaad, ik volg jou niet (meer)
    Dus? Daag me uit, prikkel me. Vraag het me desnoods. Maar ga nou niet lopen jammeren. Alsjeblieft zeg.
  • Je negeert me!
    *block*
  • Dat jij daar nog mee omgaat, ze heeft mij ontvolgd! (DM)
    Nou en. Laat mij er buiten. Doe je dit in dm-vorm dan weet je meteen waarom ik je ontvolgd heb.
  • Ik ben zo blij met Tweetdeck
    Mooi. En heel fijn voor jou ook. Maar ik lees je .. (cont) stories dus niet. Nooit, never. Twitter is voor mij 140 tekens, of een verwijzing naar een blog als je meer nodig hebt.
  • Je kwetst!
    Nee, jij zwetst. Er is in de jaren ’80 een ‘Vereniging tot bescherming van de goede naam van de ezel’ geweest. Echt waar. Omdat het hele lieve diertjes zijn en dat het dus heel sielug is dat een ezel altijd maar wordt gebruikt om domheid aan te duiden.
    Daar wilde ik het maar bij laten.

Vreselijke Dialogen: Soep?

– Goedemiddag meneer, zal ik uw jas even aanpakken?
– Mijn jas afpakken? Hahaha, jongedame toch. Foei. Haha.
– Ik bedoel om hem even op te hangen. Voor u.
– Ohhh.. Hahaha.
– Kijkt u eens, de kaart. Vast iets drinken?
– Vast wel juffrouw. Hahaha.
– En, wat zal het zijn voor meneer?
– Doet u mij maar een lekker borreltje juf. Haha. Het is tenslotte al na vieren.
– Ehh, het is twee uur meneer.
– Ja, hahahaha, ik bedoel vier uur ‘s ochtends. Hahaha.
– Ohh.
– Zeg, juffrouw, wat denkt u. Is vandaag ‘de dag’?
– De dag?
– Ja, voor de soep?
– Het is een prima dag voor soep meneer.
– Nee, omdat er staat: ‘soep van de dag‘. Hahaha.
– Het is een prima soepje meneer.
– En, die soep van de dag, van vandaag zeg maar, is die van gisteren?
– Pardon?
– Is de soep van gisteren?
– Nee, die is van vandaag meneer.
– Ohh, jammer. Hahaha.
– Is die soep dan misschien van morgen?
– Ehh…?
– Van morgen, de soep van vandaag, is die van morgen?
– Nee meneer, morgen hebben we weer andere soep.
– Maar, als deze soep, de soep van vandaag, als ik die nou morgen zou eten?
– Ja?
– Dan was die soep dus van gisteren. Toch? Hahaha.
– Ehh. Jaahh, dat zou je zo kunnen zien ja.
– Doe mij dan maar soep van gisteren, maar dan niet morgen, maar vandaag! Hahaha!!
– Eén soep voor meneer. Komt in orde. Anders nog iets?
– Nee hoor juf, anders niets. Hahaha.
– Goed meneer.
– Moet kunnen hè?
– Wat meneer?
– Een beetje lol hebben. Beetje lachen. Beetje humor. Hahaha.
– Ja, het moet kunnen meneer.
**

Vreselijke Dialogen: Het Café

– Nou, leuk. Eindelijk samen eens een biertje doen. Wat wil jij drinken?
– Doe mij maar witte wijn Herman.
– Ok, één witte wijn voor mevrouw. Ik ben zo terug.
– Zo, hè hè. Wat een dag hè?
– Ja, vreselijk. Blij dat ik even kan zitten.
– Hé, wat hoorde ik nou? Is het uit?
– Nou, nou. Het nieuws gaat snel.
– Ja. Je weet hoe dat gaat hè. Maar ehh.. het ging niet meer?
– Nee.
– Wat rot voor je.
– Nee hoor. Het is achteraf gewoon één grote vergissing geweest.
– Tja, die Sjoerd staat nu niet bepaald bekend om z’n, nou ja, eenkennigheid zeg maar.
– Hoe bedoel je?
– Het was gewoon een rokkenjager, een buiten-de-deur-neukert, dat weet toch iedereen! Jij niet?
– Nee. Blijkbaar niet.
– Ik haal nog even wat drinken. Wijntje nog?
– Ach ja, doe ook maar. Kan het schelen.
– Zo, alsjeblieft. Nou, daar zitten we dan hè?
– Ja, daar zitten we dan.
– Ik bedoel, allebei als vrijgezellig. Hahaha.
– Kom je hier vaker?
– Jazeker! Nou ja, vaak. Niet te vaak natuurlijk. Hahaha.
– Leuk café wel.
– Nou ja, geen hand vol maar een land vol zeg ik maar. Je moet gewoon tijdelijk iemand zoeken om de lichamelijke stoom een beetje af te blazen.
– Nou, voor mij even rustig aan hoor.
– Hé, maar vertel. Hoe is dat nu, om alleen te zijn? Voor jou?
– Hoe bedoel je?
– Wacht even *Henk! Doe nog even wat te drinken hier, en wat bitterballen.*
– Ik heb nog hoor.
– Lieverd, je moet verdriet een beetje nathouden zeg ik altijd maar. Hier, laten we proosten.
– Proost.
– Op het vrije leven!
– Hoe is het met Hariëtte?
– Ah, praat me er niet van. Moeilijk, moeilijk. Altijd pijn hier, pijntje daar.
– Maar, ze is toch ook ziek?
– Jawel, maar ja. Maakt nog niet dat ik van steen ben hè. Of dat ik geen man meer ben. Als je begrijpt wat ik bedoel.
– Ach, zo. Ik moet zo weer eens gaan trouwens.
– Gaan? Gaan? We beginnen net schatje! Of je moet bedoelen dat WE eens moeten gaan? Hé?
– Nee, ik bedoel dat na dit glas ..
– Niet zo verlegen! We weten toch allebei wat we willen?!
– Nou, ik wil naar huis Herman.
– Nee, dat wil jij helemaal niet!
– Jawel, en laat me los.
– Kom op baby, we weten wat we willen. We zijn toch volwassen?
– Nou, rot je op of niet! Engerd!
– Ah, we spelen ‘hard to get’?
– Flikker op Herman!! Hé barman!! Deze meneer valt me lastig!
– Nou jezus zeg! Rustig maar hoor, ga dan!
– Tot ziens Herman. En doe vooral de groeten aan Hariëtte!

****

– Ja, hallo!! Mij wel met de rekening achterlaten hè! Tssskkk… Allemaal hoeren die wijven.

Vreselijke Dialogen: Apotheek

– Goedemiddag, als het goed is heeft het UMCG een recept doorgefaxt en ..
– Uw naam?
– Siebel.
– Siepel.
– Nee, Siebel, met een ‘bu’.
– Ooh! Meneer Siebel!? Ja, inderdaad. Dat klopt. Het staat klaar. Het komt er aan.
– Mooi.

**** 5 minuten

– Hallo, mevrouw?
– Ik kom er aan meneer, bijna klaar!

**** 5 minuten

– Zeg mevrouw, wat is nu het probleem?
– Geen probleem. Nee hoor meneer, het komt er zo aan.
– Maar, wat is er nu zo moeilijk?
– Niets meneer, ik ben bijna klaar. Dat zeg ik toch!
– Ja, dat hoor ik ook wel. Maar u zei 10 minuten geleden ook al dat het klaar was.
– Ja, het komt er aan!
– Wanneer dan!?
– Zo meteen meneer! Zo meteen! U ziet toch dat ik bezig ben!
– Zeg dan niet dat het er aan komt!
– Ja, maar het KOMT er toch ook aan!! Ik ben bijna klaar meneer! Als u nou even gewoon rustig wacht!!
– Dat wil ik wel, maar zeg mij dan DAT ik moet wachten!! U zegt steeds dat u klaar bent en dat het er aan komt!!
– Meneer, zo kan ik toch niet werken!!
– Maar mevrouw, godverdomme!! Zeg dan gewoon waarop ik moet wachten, of waarom!!
– Alstublieft meneer!!
– Dank u!
– We hebben nog niet alles, de rest komt morgen.
– Morgen?
– Ja.
– Hoe laat?
– Dat weet ik niet.
– En hoe moet ik het dan weten?
– Wat?
– Hoe laat ik mijn medicijnen moet ophalen.
– Komt u maar om 11 uur.
– Om 11 uur?
– Ja, om 11 uur. Dan staat het klaar.
– Dan staat het klaar?
– Ja.
– Net zo klaar als vandaag?
**