Categorie: Roken

De derde maand niet roken

Vandaag gaat de derde maand in dat ik niet rook.
Ik voel me perfect, ben een paar kilo zwaarder maar groei niet meer en het mooiste is: ik piep en hoest niet meer.
Niet meer hoesten en piepen dat geeft echt veel minder zorgen. Dat je je niet continu afvraagt of je laatste uur al geslagen heeft bijvoorbeeld. Dat je niet iedere lach in een hoestbui eindigt.

En toch…
Volgens mij komt nu de gevaarlijkste maand.
Ik heb nu namelijk ook zo af en toe de gedachte om er weer een op te steken. Het gevoel dat die grens tussen roken en niet roken heel dun is.
De gedachte aan roken, aan rook vervult mij niet met genoegen, dat niet. Ik weet gewoon dat ik het niet eens lekker zal vinden.
Maar die momenten, dat ik buiten loop in de vrieskou, met een heldere hemel en een zonnetje.
Om dan een peuk op te steken.
Man, wat kon dat lekker zijn.

Nou ja.
Ik heb 2 maanden gehad en ga die 3e ook gewoon doorkomen hoor.

Dag 35 of zo

Een dag of 35 geleden rookte ik mijn laatste sigaret. Een dag of 35 zeg ik omdat ik gewoon geen zin heb om het precies uit te rekenen. Of, misschien is het wel omdat ik bang ben dat het mij niet lukt, om het precies uit te rekenen. Ik moet dan waarschijnlijk een kalender – zo een van papier – pakken en de dagen gaan tellen. En daar heb ik geen zin in.

Vreemd? Ja, het is wat vreemd. Maar het is ook vreemd om niet meer te roken.
Ik mis niet de sigaret, dat valt alleszins mee. Het roken als gedrag, daar waar de meeste problemen zitten als je de doktoren, psychologen en ‘stoppen met roken coaches’ moet geloven, speelt in mijn leven als niet roker een nauwelijks noemenswaardige bijrol.
Soms, als ik in de zon loop. Of wanneer ik echt een zucht van verlichting slaak omdat ik meen een heuse prestatie te hebben neergelegd. Dan denk ik wel eens heel even ‘zo, en nu een peuk’. Maar heus, meer als een keer of twee in de week heb ik dat niet.

Wat veel erger is is het gevoel in mijn buik. Mijn onderbuik. Daar waar de vlinders van de lente en de liefde wonen. Daar voelt het nog steeds alsof ik iemand ben kwijtgeraakt. Daar voel ik mij weer dat jochie van 14. Net nadat de verkering uit is geraakt. Die zich paniekerig realiseert dat het haar helemaal niets schijnt te doen. Dat hij wel, maar zij geen verdriet heeft. Dat het dus ook nooit meer goed zal komen.
Een gat dat nog steeds niet te vullen is. Niet met eten, niet met sex. Niet met schrijven. Niets.

Ja, ik weet het heus wel.
Het gaat over.

14 Dagen rookvrij

Op 30 november, alweer 14 dagen geleden, rookte ik mijn laatste sigaret, nou ja, sjekkie eigenlijk. Mijn laatste Zware Brandaris. Ik rookte een pakkie of 3 per week, en dat al een jaar of 35. Die eerste 3 jaar zal ik minder gerookt hebben, en toen was het nog halfzware shag, of sigaretten.

Ik kan nog steeds zeggen dat het mij heel erg meevalt.
Ik begin ook meer te begrijpen waarom het meevalt. Er wordt bijna niet meer gerookt op televisie, er zijn nog maar weinig mensen om mij heen die roken, in een restaurants, de kroeg of de kantine is het verboden. Thuis, dus binnen, rookte ik al niet, in de auto ook niet (nou ja, bijna niet).
Anders gezegd: ik word er maar heel weinig mee geconfronteerd.

Ik heb wel de trek in een sigaret, maar ik heb binnen, in de auto of waar ik ook maar ben, nergens meer een beeld dat mij herinnerd aan roken. Behalve dan wanneer ik buiten ben, want daar rookte ik altijd.
Bij eerdere pogingen – de laatste serieuze is alweer een jaar of 15 geleden – werd nog overal, door iedereen en op alle tijdstippen nog volop gerookt.
De kroeg was roken, een restaurant was roken, de trein, de auto, in huis, de slaapkamer: overal werd gerookt.
Snapt u?

Ik zie nu meer nut bij alle rook-verboden en rook-ontmoediging.
Daar was ik altijd al voor, maar meer omdat ik vond dat anderen geen last hoefden te hebben van mijn smerige gewoonte.
Maar ik merk nu pas hoe zeer dit beleid helpt wanneer je zelf van die gewoonte af wil komen.
Het maakt het allemaal een stuk gemakkelijker.

Stoppen met roken is helemaal niet moeilijk!

Nee, dit zijn niet de jubelende woorden van een winnaar. Het zijn ook geen woorden om u, lieve roker, te beschimpen of bedoeld om u te tergen. Er horen namelijk nog een paar woorden achteraan:

Niet opnieuw beginnen, dat is pas lastig!

Nu zult u denken: ‘Wat een open deur!!’
Maar er zit meer waarheid in dan ik zelf dacht en wellicht dat u er ook iets aan deze constatering heeft.

Als mensen spreken over hun  mislukte pogingen om te stoppen met roken dan hoor je veel gruwelijke symptomen die als argument dienst deden om weer te beginnen.
Ik noem het niet kunnen poepen, niet kunnen slapen, niet kunnen stoppen met eten, je niet kunnen concentreren, krampen, hoofdpijn, 10 kilo per dag aankomen, de kinderen uitschelden, je partner drie maal daags in elkaar slaan, de buren terroriseren, je schoonfamilie uitroeien en ga zo maar door.

Het is natuurlijk ook zo dat roken niet voor niets verslavend is. Als je stopt met roken dan reageert je lichaam daar op. Maar, je moet dat niet overdrijven.
Ik was 11 of 12 toen ik begon, ik heb dus 38 van de 50 jaar gerookt. En ja, er gebeurde best wel wat met me. Moeite met slapen, wispelturigheid, stemmingswisselingen en zelfs een paar dagen een ‘Writer’s block’!
Lastig, en vervelend ook, maar nogmaals, je moet het niet overdrijven.
Want deze verschijnselen duren maar een paar dagen.
Je bent heel snel aan nicotine verslaafd, maar je bent er ook zo weer van af. Al na een dag of drie, vier.

Wat er dan overblijft is de moeite die het kost om niet opnieuw te gaan roken.

In de eerste plaats omdat de gewoonte om te roken nogal diep zit. Tientallen keren per dag maak ik aanstalten – vaak niet eens bewust – om te gaan roken. Ik sta op en wil.. Ik heb wat gegeten en denk.. Ik pak de autosleutels en zoek.. Ik schrijf een stukje, loop even vast en…
Ik mis dus iets. Ik grijp de hele dag mis. Alsof je geen stromend water meer in huis hebt, zoiets.

Daarnaast gaat het stoppen met roken zo gemakkelijk dat je alleen daarom al denkt dat je wel weer kan gaan roken. Mooie valkuil: ‘Joh, waarom zou ik niet roken? Ik kan er zo gemakkelijk vanaf blijven, als het nodig is kan ik altijd nog stoppen!’ Het blijft lastig om helder te houden dat die gedachte nu juist een onderdeel van je verslaving is.

En de lastigste valkuil vind ik persoonlijk – want daar ben ik al een keer of drie eerder ingetrapt – het wachten op ‘de aanleiding’. ‘De Aanleiding’, hij mag wat mij betreft eigenlijk wel met hoofdletters.
De laatste keer dat ik een poging deed te stoppen met roken zat ik al snel (binnen een paar dagen) te wachten op ‘De Aanleiding’ om weer te kunnen beginnen.
Een aanrijding met de auto, het huis in de fik, zonder werk komen, je moeder die ziek wordt, je vrouw die kanker krijgt, JE KINDEREN DIE DOOD GAAN!!!
Het maakt niet uit wat, als het maar plausibel genoeg is om als reden voor het opnieuw opsteken van een sigaret te dienen!!
‘De Aanleiding’!!

Tot nu toe heb ik die aanleiding altijd weer kunnen vinden. Niet dat mij een van de gruwelijkheden die ik als voorbeeld noem overkomen is. Gelukkig niet.
Maar het is even om aan te geven hoe schaamteloos ver je hersenen bereid zijn te gaan wanneer je eenmaal gestopt bent met roken.

Daar zijn die eerste dagen dat je door die afkickverschijnselen af moet echt kinderspel bij.

Ik stop er mee

Ik moet een jaar of 11 geweest zijn, want ik zat nog op de lagere school. Geen shag, of Marlboro, maar Peter Stuyvesant. Want dat rookten mijn vader en moeder. Ik kan mij de misselijkheid van sigaretten nog herinneren. Het is dezelfde duizelig makende misselijkheid die je ervaart wanneer je met je dronken kop in van die veel te snel bewegende kermis attracties stapt.
Roken. Na een jaar of 38 is het genoeg geweest. Ik stop er mee.

Gisteren, 1 december 2010 was mijn eerste rookvrije dag in jaren. De laatste keer dat ik een poging deed om te stoppen ligt alweer een jaar of 10 achter me. Van alle andere keren dat ik stopte met roken herinner ik mij vooral de twijfel en het zoeken.
De twijfel of ik nu had besloten te stoppen of dat ik steeds aan het besluiten was het opnieuw beginnen een tijdje uit te stellen.
En het zoeken. Het zoeken naar een reden om weer te beginnen. Dat je de mensen in je omgeving zo gaat tergen dat zij je uiteindelijk smeken: ‘Man, ALSJEBLIEFT!!! STEEK EEN SIGARET OP!!!’

Dat heb ik nu niet.
Ik kauw ook niet op nicotine dingetjes. Ik drink net zo veel koffie als anders. Ik snoep niet meer dan dat ik al deed. Het is niet nodig.
Ik ben niet zozeer gestopt, ik heb het roken opgegeven. Ik ben het zat.

Heb je er dan helemaal geen last van?
Jazeker wel. Ik sta steeds op van m’n stoel. Om mij te realiseren dat ik wilde gaan roken. Of ik loop met mijn ogen te zoeken door het huis. Tot dat mijn hersenen weten wat mijn ogen zoeken.
Het meest lastige is dat ik gisteren geen stukje kon schrijven, en dat doe ik nogal graag.
Ik kreeg het niet voor elkaar.
U moet weten, een stukje schrijven ging bij mij vaak zo:

Zitten, inloggen, naar het scherm kijken.
*opstaan, naar buiten en roken*
Klein stukje schrijven, nalezen, zuchten.
*opstaan, naar buiten en roken*
Opnieuw stukje schrijven, titel bedenken, nalezen.
*opstaan, naar buiten en roken*
Plaatje zoeken, teksten verbeteren, twijfelen.
*opstaan, naar buiten en roken*
En zo maar verder.

Tja, en daar moet ik dus wat nieuws voor verzinnen.