Wommels-ongeval-630x315

Als een ding mij de afgelopen dagen duidelijk is geworden dan is het wel dat ik blijkbaar niet val onder ‘het Nederlandse volk’. Het Nederlandse volk staat namelijk langs de snelweg naar een stoet auto’s te klappen, het Nederlandse volk zit voor de buis om naar een landend vliegtuig te kijken en het Nederlandse volk rouwt. Ik niet. Sterker, hoe harder het Nederlandse volk rouwt, hoe meer afstand ik tot het Nederlandse volk voel. Ja, toe maar. Zeg het maar. Veroordeel het, want ook dat hoort bij u; het Nederlandse volk.
Ik zie gisteren op de televisie mensen worden geïnterviewd op de kermis van Tilburg. De vraag aan een man is hoe dat nu moet om vier uur. “Ik vind dat de hele kermis stil moet zijn, dat is wel zo netjes!” Andere mensen op die kermis kijken elkaar na de vraag even met schrik aan. Alsof zij zich op dat moment realiseren dat er een dag van nationale rouw is en om vier uur een minuut stilte wordt verwacht. “Stil zijn”, antwoord een van de mannen. De anderen knikken instemmend. We moeten respect tonen. De burgemeester van Tilburg is geroerd. Er viel inderdaad een indringende stilte over Tilburg.
Waarom je op een dag van nationale rouw op de kermis rondhuppelt vraagt niemand.

Voor mij is het allemaal te ver weg. Ik ken – gelukkig – geen mensen die zijn omgekomen in dat vliegtuig. Ik vind het verschrikkelijk wat er gebeurd is, maar ik ben niet in rouw.

Vorige week werden op 4 kilometer van mijn huis 2 mensen doodgereden. Het is de provinciale weg van Bolsward naar Leeuwarden. Daar vallen veel doden, ieder jaar weer. Ik kende die mensen niet. En ja, ik vind het heel erg. Maar ik heb niet gerouwd. Ik heb geen minuut stilte gehouden en ik ga niet langs de weg staan te klappen als deze mensen begraven worden. Wel besef ik mij dan hoe verschrikkelijk dichtbij de dood is. Mijn kinderen steken deze weg met grote regelmaat over. Ik rijd iedere dag over deze weg naar mijn werk. Mijn kinderen kunnen de volgende slachtoffers zijn wanneer zij deze weg oversteken en er weer eens een of andere idioot met 100 kilometer per uur de kruising over jaagt. En ik kan de volgende zijn die op een van de kruispunten geen voorrang krijgt of die aanstormende Golf op de voorrangskruising niet op tijd ziet aankomen. Ik prijs mij dan gelukkig en realiseer mij dat ik voorzichtig moet zijn in de auto, mijn kinderen altijd een knuffel moet geven voor zij op de fiets stappen en mijn ouders weer eens moet bellen.

En precies dat is ook alles wat deze vliegramp met mij doet.