Jaar: 2014

Niet was, niet wordt, maar IS!

ISLAM-werelddominantie

Gisteren keek ik naar ‘Andere Tijden‘, de aflevering ging over de ‘Schitterende hoogmoed in de jaren ’90’. In een van de fragmenten doet Pim Fortuyn de voorspelling dat het politieke beleid een voedingsbodem is voor fundamentalisme en radicalisering. De uitzending eindigt met de aanslagen op de Twin Towers. De wereld zou hierna – zo wist iedereen – nooit meer hetzelfde zijn.
Vanmorgen lees ik in de Volkskrant dat middels een videotestament bevestigd is dat de 19 jarige Limburger Abu Abdullah al-Hollandi zichzelf en een stuk of 20 anderen heeft opgeblazen. Voor Allah, voor het Kalifaat.

In Nieuwsuur afgelopen week waarschuwde de Duitse journalist Jürgen Todenhöfer, na tien dagen bij IS ‘te gast’ te zijn geweest dat hij IS ziet als ‘het grootste gevaar voor de wereldvrede’. Volgens Todenhöfer is het Kalifaat een redelijk functionerende staat, beschikken zij over grote sommen geld en zou IS van plan zijn honderden miljoenen mensen uit te roeien. Een andere quote: ‘Als IS zijn plannen doorzet, wordt het erger dan Stalin, Hitler, Pol Pot en Mao samen.’

Ik zal niet beweren veel verstand te hebben van politiek. Ik heb er zelfs een beetje een hekel aan. In Nederland heeft in mijn ogen politiek al heel lang niets meer met het verwezenlijken van politieke idealen en overtuiging te maken. Politici zeggen het liefst niets wat ook maar enigszins ruikt naar een mening. Of het moet een mening zijn waarvan kan worden aangenomen dat iedereen hem deelt en die zo algemeen is dat je er geen ruk mee kunt. Om te kunnen voorspellen wat politieke partijen of politici van iets vinden hoef je de partij of politicus niet te kennen. Je moet alleen weten of ze in de regering, of in de oppositiebanken zitten. Ik ben ook van mening dat er maar heel weinig mensen in Nederland zijn die wel verstand van politiek, politieke programma’s en de kwaliteiten van politici hebben. Je ziet, hoort en leest deze mensen in de media en zij lullen over de Haagse verwikkelingen alsof zij een spannend boek recenseren. En je weet: boeken leest niemand meer. Bekijk een willekeurig nieuwsbericht op Internet en blader vooral eens door de ‘reaguursels’.
De gemiddelde Nederlander is politiek analfabeet en als hij al stemt, doet hij dat meer met zijn onderbuik en portemonnee dan met zijn verstand.

Dat we geen verstand hebben van politiek, en nauwelijks betrokken zijn bij politiek anders dan wanneer we direct in onze portemonnee of in onze veiligheid geraakt worden helpt uiteraard niet om problemen op mondiale schaal effectief tegemoet te treden. Er zijn hele volksstammen in dit land die denken dat het probleem van Nederlandse Jihad strijders die richting Syrië trekken oplost door hen te laten gaan en hen het paspoort af te pakken zodat zij vooral nooit mer terug kunnen komen. Laat die gasten elkaar daar in Moslimland maar lekker afmaken!

Mijn verstand weet het niet. Echt niet. Ik heb geen oplossing voor het gevaar van IS die ik met argumenten kan onderbouwen. Mijn gevoel echter zegt dat we na 70 jaar zonder oorlog in dit land opnieuw onderweg zijn naar een oorlog die de wereld in brand zal zetten. We rollen van de ene economische crisis in de andere, de sociale ongelijkheid neemt toe. We roepen ach en wee voor de teevee bij de volgende onthoofding, zelfmoordaanslag, massamoord of genocide. We hebben ‘Europa’ omdat ‘mensen die dezelfde munt voeren niet met elkaar in oorlog gaan’ (Merkel). Ik ben helemaal niet bang voor een oorlog tussen Europese landen, ik wordt veel angstiger van de intense haat, de minachting, het fanatisme en de opofferingsbereidheid in de ogen van jonge IS strijders.

Het is Mao, Hitler, Pol Pot, Stalin, Hirohito en anderen in het recente verleden gelukt om met volkomen idiote ideologieën volgelingen aan te zetten tot massamoord op onbevattelijke schaal. Wij, Nederlanders, lijken te denken dat dit ONS niet meer zal gebeuren.

Ik denk dat de dreiging op een nieuwe mondiale oorlog – dit keer met het Kalifaat in plaats van het Duizend Jarige Rijk als Heilig Doel – geen gevaar was, of een gevaar wordt.

Dat gevaar IS.

O ja. En als die Jihadisten uit ooit naar Nederland (terug)komen dan doen zij dat dus zonder paspoort.

Ben jij al klaar voor de jaren ’50?

jaren50

Je denkt misschien dat je over een paar dagen feestelijk de overgang van 2014 naar 2015 gaat vieren. En volgens de kalender is dat ook zo. Wat veel mensen (nog) niet beseffen is dat we ook de terugkeer vieren naar de jaren ’50. Ik weet zeker dat de meesten van jullie zich dit zich niet bewust zijn, het is namelijk stil op straat. Er is geen protest, geen revolte, geen staking en geen burgerlijke ongehoorzaamheid. Maar dat gaat komen voorspel ik je.

In de jaren ’50 is Nederland opnieuw opgebouwd. Opgebouwd met twee gruwelijke wereldoorlogen in het collectieve geheugen. Dat nooit meer. Het moest anders, beter, socialer, eerlijker. Met vrijheid voor een ieder als basisbeginsel. Er werd een nieuw fundament gelegd, de sociale zekerheid. Voor iedereen een minimum inkomen, menselijke arbeidsomstandigheden, voor iedereen recht op zorg, voor iedereen scholing. De verzorgingsstaat werd geboren, groeide op en werd oud en gebrekkig.
Anno nu is die verzorgingsstaat aan een grondige verbouwing toe. Het fundament kraakt, het gebouw is veel zwaarder dan wat het fundament toestaat en er is instortingsgevaar. Er werd gekozen voor een grondige renovatie. Daarbij moet het gerenoveerde gebouw – heel veel – goedkoper worden in gebruik.

De gedachte achter de renovatie van de verzorgingsstaat is in de basis geen slechte gedachte. Wij zijn een volk dat geleerd heeft sociale rechten te claimen, in plaats van plichten te voelen en verantwoordelijkheid te nemen. En dat gaat diep, tot in onze vezels. Wij hebben recht op onderwijs, maar voelen niet de plicht er ook optimaal gebruik van te maken. Wij hebben recht op gezondheidszorg, maar voelen niet de plicht onze eigen gezondheid te waarborgen. Wij hebben recht op persoonlijke vrijheid, maar de plicht om de ander dezelfde vrijheid te geven ontbreekt. Wij hebben recht op ons deel van de welvaart, maar voelen niet de plicht om ons steentje aan de welvaart te leveren. Wij hebben recht op werk, inspraak, democratie, kinderbijslag enzovoor, enzovoort. Zelfs het aantal vierkante meters werkplek is vastgelegd als een recht.

Per 1 januari 2015 is de transitie, ofwel de grote renovatie van de verzorgingsstaat of het ‘sociale domein’ een feit. De jeugdzorg, de AWBZ (wordt WMO), passend onderwijs en de participatiewet worden verantwoordelijkheden van de gemeente waarin je woont. Alles wordt anders. ‘Meer voor minder’, is het adagium. Van rechten claimen, naar verantwoordelijkheid nemen. Van hulp en ondersteuning vragen, naar zelfregie. Van afhankelijk zijn naar zo onafhankelijk mogelijk worden. Van professionele hulp, naar mantelzorg. Van recht op (betaald) werk, naar de plicht om te participeren.
Nogmaals; de achterliggende gedachte is zo gek nog niet. Maar nu de uitvoering.

Nederland is helemaal nog niet klaar voor de doorvoering van al deze veranderingen. Er worden het hele jaar al noodklokken geluid, en zeker in het laatste deel van dit jaar nemen de signalen enorm toe.
Buiten dat de Nederlandse gemeenten er niet klaar voor zijn, het Nederlandse volk is er nog veel minder klaar voor, want wij zien de tsunami aan veranderingen die in razend tempo naderbij komt niet aankomen. De verzorgingsstaat heeft ons in slaap geknuffeld. Op televisie en radio loopt een campagne die ons moet laten doorslapen. ‘Nederland veranderd, de zorg veranderd mee’. Als je na het zien of horen van deze spotjes niet heel erg gerust verder slaapt, dan heb je ofwel zorg nodig, of je werkt in de zorg.

We gaan terug naar de jaren ’50 van de vorige eeuw terwijl jij denkt dat we naar 2015 gaan. De ouders die nu ‘geen tijd’ hebben om naar het 10 minuten gesprekje op school te gaan, die zoonlief van 11 op zaterdag bij de voetbal afzetten en verder gaan met hun eigen, oh zo drukke leventje gaan in 2015 de mantelzorg voor hun dementerende moeder op zich nemen? Neem jij in 2015 je invalide vader in huis? Weet jij al waar je met je kind met een psychiatrische aandoening heen kan in 2015? Ben jij al klaar om te participeren? Welke extra taken ga jij – vrijwillig – op je nemen in 2015? Heb jij al kennis gemaakt met het sociale wijkteam, het dorpenteam of het gebiedsteam van jouw gemeente? Ben jij je al bewust dat jij straks met jouw probleem eerst ‘een keukentafelgesprek’ moet voeren waarin jou gevraagd wordt hoe JIJ JOUW EIGEN KRACHT gaat inzetten om de problemen op te lossen? Heb jij al familieleden en vrienden op het oog die jou daarbij gaan ondersteunen? Ben jij al klaar voor de huisarts die je doorverwijst naar een sociale werker omdat je om slaapmedicatie vraagt?
Heb jij al concrete plannen om je in te zetten voor ‘jouw’ wijk?
Nee, dat heb je niet.

Zij die nu zeggen ‘ja, dat heb ik wel’ zijn die mensen die ook in 2014 al vrijwilligerswerk deden, mantelzorg leverden, betrokken waren in de wijk en vanuit eigen kracht hun leven weten in te richten. En die mensen zijn met veel te weinig om vanaf 2015 de gewenste veranderingen vorm en inhoud te geven.

We gaan terug naar de jaren ’50, zonder dat we de organisatie op orde hebben en zonder voldoende besef van de consequenties en draagvlak voor die consequenties voor de bevolking. We gaan straks onaangenaam uit onze welvaartsslaap ontwaken. We gaan het niet begrijpen. Hoezo geen geld? We storten tientallen miljarden in bodemloze put landen!! Hoezo geen geld voor zorg?? Bestuurders van zorgverzekeraars verdienen goud geld!! Geen betaalbare woning?? Woningcoöperatie bobo’s rijden godverdomme in een Maserati!! Pak die banken eens aan, in plaats van mij!!! Actie! Actie, Actie!!!

We gaan terug naar de jaren ’50 zonder dat wij de noodzaak beleven die de generatie’s in de jaren ’50 wel voelden om een bijdrage te leveren aan de wederopbouw. En dat gaat mis.

Het meest wrange van dit alles is tweeledig:
1: Veel mensen van de generatie die dit land in de jaren ’50 opnieuw hebben opgebouwd en die ons in welvaart hebben doen leven zullen eindigen in omstandigheden waartegen zij hun hele werkzame leven hebben gevochten.
2: Als dit land in de loop van 2015 – 2016 wakker schrikt zal één politieke partij klaarstaan om je te bevestigen in de beleving dat jou onrecht is aangedaan, dat jij het slachtoffer bent, dat het de schuld van Europa en de buitenlanders is, dat we een hek om Nederland moeten plaatsen en dat met de gulden als beter wordt.

Slaap lekker.
En, mocht ik een slechte droom hebben, maak mij dan gerust wakker.

Update: ook de FNV is wakker geworden en dient een klacht in over de zorgspotjes WVS.

R.I.P: Twitter

death

Natuurlijk bestaat Twitter, maar leeft het ook nog? Volgens de statistieken gaat het prima met Twitter. Volgens dit artikel op Marketingfacts hoeven we ons geen zorgen te maken. Kijk je naar het aandeel Twitter dan ontstaat er al een ander beeld.

Vraag je het aan mij dan is Twitter dood, of op zijn minst stervende.

Op 2 november van dit jaar stond Berend Quest op enig moment in de ‘Top 5 Populiare Personen‘ volgens Twirus.nl. Hoe dat kan? Ik had een aantal tweets geplaatst over een maaltijd die ik had gekookt. Meer niet. Een ovenschotel receptje met een paar foto’s. Geen honderden retweets, geen grote hoeveelheid interacties. Alleen een recept en een paar mensen die daar op reageerden was al genoeg om in de top 5 van populaire personen op Twitter te geraken.
Dan moet Twitter toch dood zijn volgens mij.
Of er was op 2 november vanwege de een of andere droeve gebeurtenis, zoals een busongeluk, een uur ‘Twitterstilte‘, die ik dan weer net gemist heb. dat kan ook.

Ik heb de dood van Twitter altijd geromantiseerd. Dat ik op enig moment – als enige actieve gebruiker – vanachter mijn laptop tweette: ‘Hallo? Is daar nog iemand?’ En dat er dan geen reactie meer kwam. Dat ik het licht uit moest doen, zeg maar.

Wanneer ik dit artikel lees over de relatie ‘volger – vriend’ dan lijkt het mij de moeite waard om te onderzoeken of er niet iets anders aan de hand is wat maakt dat Twitter voor mijn beleving (en ik sta hier volgens mij niet alleen in) redelijk dood aan het gaan is.
Er is een iets opvallends te zien wanneer je kijkt naar het aantal volgers dat een account heeft, en het aantal volgers waarmee een account interactie heeft. Accounts met weinig volgers hebben met een veel hoger percentage volgers persoonlijke interactie in vergelijking met accounts met veel volgers. Hoe meer volgers, hoe minder vrienden. Het aantal volgers van een account kan blijven groeien, het aantal ‘vrienden'(die volgers waarmee persoonlijk interactie is) stagneert in de regel.

Zou het niet zo kunnen zijn dat we wel meer en meer gebruikers op Twitter zien maar dat de romantiek van de persoonlijke interactie er een beetje af is? Dat de gebruikers waarmee ik bijvoorbeeld altijd veel persoonlijke interactie heb gehad op enig moment niet meer actief zijn, dat we op elkaar raken uitgekeken en dat nieuwe ‘vrienden’ zich minder snel aanbieden?
Of is Twitter meer en meer een medium is dat we functioneel inzetten? Voor ons werk of om onze producten aan de man te brengen? Kan het zijn dat niet het aantal gebruikers afneemt, maar dat het gebruik van Twitter dusdanig is veranderd dat ik het levende, bewegende en interactieve van Twitter niet meer zie? Dat Twitter niet dood is, maar volwassen wordt?

Is ‘Twitter is dood, lang leve Twitter!’ wellicht een betere titel?

De Avonturen Van Willem van Amerongen I

bietjes

“Jus?” Willem van Amerongen keek naar het witte bord met de citroengele rand. Vier aardappelen, kruimig gekookt. Een aan weerszijden bruin gebakken verse worst (grof, rundvlees) en een met gedroogde gebakken uitjes opgeleukte lepel rode bieten. Hij keek naar de kruidnagelteen die als een afgeknipte kalknagel uit het rode, veel te natte bietenschaafsel stak. Hij zag de over een kwart van de tafel gedekte plastic kleed, de grijze olifanten die van het kleed leken weg te willen lopen, de onderzetters van touw en de pannen, het bestek en de altijd bij iedere maaltijd aanwezige pot met zoetzure augurken. Een stilleven. Zijn stille leven. De arm van zijn vrouw hing boven de tafel, de stalen sauslepel tussen haar vingers. “Willem? Wil je jus?” Het was dit moment dat het leven van Willem van Amerongen voorgoed veranderde. Er knapte iets. De elektrische signalen in zijn hoofd weigerden de gebaande paden te volgen opdat zijn mond “Ja graag” zou spreken. In plaats daarvan liep Willem van Amerongen rood aan en terwijl hij met een ruk opsprong, ramde hij zijn beide gebalde vuisten met al de tot zijn beschikking staande kracht in het bord bieten en brulde: “Nee, godnondeju!!!!!!! Ik wil geen jus! Ik wil godverdomme neuken!!! Neuken!!!! Hoor je mij??? Neuken, neuken, neuken!!!!” Bea van Amerongen, geboren de Vries liet de sauslepel van schrik uit haar handen pardoes boven op haar glas water vallen. Willem van Amerongen stond daar, de bieten tot in zijn haar. Druppels bietensap als bloedende tranen rollend over zijn gezicht. Met gebalde vuisten, als aan de grond genageld. De stilte die volgde was oorverdovend en werd na enkele, uren durende seconden verbroken door een kledder warme prak die de weg terug zocht van het witte plafond naar de tafel. Keffer, de zwartbruine Dwergpincher, gealarmeerd door al het tumult zag haar kans en greep de worst die op de planken vloer was geland. Willem van Amerongen zag het en er verscheen een verbeten grijns op zijn gelaat. “Ik wens u samen vooral een smakelijke voortzetting, godverdomme!”, brieste hij. Daarna verliet Willem van Amerongen de woning aan de Planetenlaan 111 om er nooit meer naar terug te keren.

En terwijl Willem van Amerongen de Planetenlaan uitbeende, kauwde Keffer tevreden op de verse worst, keken de buren van nummer 109 nieuwsgierig uit het raam en zocht Bea van Amerongen, geboren de Vries, naar een doekje.

Wakker worden!

imageIedere nieuwe dag, voor ieder mens, begint met een kort ogenblik waarop hij onbevangen, onschuldig, onbevreesd, onbelast en nog ongelukkig of gelukkig is. Het is dat ene moment van het totale niets. Het is het korte moment tussen slapen en ontwaken. De hersenen stoppen het onderhoudswerk welke in de slaap wordt verricht (wellicht dat dit leidde tot enig dromen), en zoeken het contact terug met de realiteit. Precies dat moment is het moment waarop wij de ogen weer openen en precies op dat moment weten wij nog niet wie we zijn, waar we zijn en waarom we er zijn. Die paar tienden van een seconde die de hersenen nodig hebben om de schakeling te volbrengen zijn we leeg, schoon en zonder schuld of boete. Op dat moment kennen we geen spijt, geen schuldgevoelens, geen berouw, woede of haat. We zijn volkomen gelukkig, al was het maar vanwege het ontbreken van één ongelukkig makende herinnering of vooruitzicht. We kennen geen liefde, maar we missen het ook niet. We hebben geen familie, geen vrienden. Geen werk, geen huisdieren, geen kinderen, geen auto die naar de garage moet of rekeningen die betaald moeten worden. We hoeven geen boodschappen te doen of naar een tropisch zwemparadijs. We hoeven niets, helemaal niets.
Helaas – voor de meeste van ons – duurt dit moment zoals geschetst maar een paar tienden van een seconde. Daarna dringt de realiteit zich onherroepelijk op. Langzaam vreet de werkelijkheid van alle dag zich een weg terug naar ons bewustzijn en al naar gelang die werkelijkheid negatief of positief gekleurd wordt door recente herinneringen, aankomende verplichtingen en positieve en negatieve vooruitzichten, wordt in ons brein de grondstemming voor de nieuwe dag bepaald.
Die grondstemming, waarmee je deze morgen wakker werd, daar kun je niets meer aan doen. Welk gevoel jouw overspoelt wanneer je morgenochtend die tienden van seconden in het niets hebt doorleefd wel.