Maand: juli 2012

Therapie (hihihi)

Je mag het niet zeggen, maar ik doe het toch. En als iemand daar over klaagt, dan zal ik uitleggen dat ik daar niets aan kan doen, ik heb namelijk een ziekte en ik slik geen medicatie.
Dat ik geen medicatie slik dat komt omdat ik niet geloof in chemisch ingrijpen. Ik ben meer van het alternatieve. Ik slik geen medicatie, maar volg wel intensieve therapie.
Zo heb ik sinds kort een voetzoolreflexietherapeute (die mij overigens heel goed begrijpt) en laat ik iedere week mijn aura opschonen. Mijn astroloog legt mij wekelijks uit waar de gevaren en kansen liggen. Verder eet ik geen vlees meer en ben ik verhuisd naar Anna Paulowna omdat de lucht daar veel beter is.
Ter ontspanning loop ik twee keer per week – samen met vijf andere patiënten – in mijn blote toges over een omheind weiland te gillen. Dat helpt.

Bovendien heeft alleen de diagnose al heel veel geholpen. Mijn vrouw en kinderen snappen nu nog geen ruk van mijn gedrag, maar zij weten nu dat het niet aan hen ligt. Voor mij geldt dit overigens net zo. Het ligt niet aan mij, het is mijn ziekte.

Ik denk vaak met verdriet aan al die jaren dat ik nog niet wist wat er met mij loos was. Aan de strijd die ik heb geleverd, aan mijn lijden. Nu weet ik beter. Het ligt allemaal aan mijn ziekte.
Het is mijn ziekte die maakt dat ik de anderen niet begrijp. Dat ik mensen met een caravan gek vind. Dat ik niet snap dat je zonder bivakmuts gaat NordicWalken. Dat je er zonder te worden gemarteld durft te vertellen dat je dagelijks GTST volgt, en, om alles goed te snappen, ook de herhalingen ziet. Dat je moet huilen om het verdriet van Ruud Gullit. Dat je een handtekening van Frans Bauer aan de muur hebt. Dat je wekelijks ‘omdat het zooo leuk is’ naar de Ikea gaat. Dat je op Hyves bekend bent als die ‘beetje gekke meid’.
Dat je werkelijk gelooft dat de verkoper de waarheid vertelt wanneer hij zegt dat die legging met tijgerprint je een heel ‘sportief’ voorkomen geeft, met je 1.50 meter en 103 kilo.
En natuurlijk is wat de reclame ons tegemoet schreeuwt gewoon waar.

Sinds ik therapieën volg kan ik veel beter de neiging onderdrukken om mensen in de file voor de Afslag Ikea op zondagmorgen uit te gaan staan lachen. De laatste keer dat ik NordicWalkende damesclubjes heb lastig gevallen is al weer maanden geleden. Laatst is het mij zelfs gelukt om ‘nee dank u, ik ben bang in het donker’ te zeggen tegen de buurvrouw die mij uitnodigde om dia’s te komen bekijken van haar kleinkinderen in Canada. Ja, dat kun je vreemd vinden, maar voor mij is dat een hele overwinning. Voor ik therapie volgde zou ik gewoon gezegd hebben dat ik een hekel heb aan kinderen, dat ik Canada een kutland vind en dat nog liever met koeienpoep klei dan dat ik naar dia’s kijk.

Het gaat nog wel eens bijna mis hoor. Zo heb ik gisteren geweigerd om naar de opening van de Olympische Spelen te kijken. Omdat ik dan toch niet de neiging kan onderdrukken om te ageren. Dat heel die Olympische Spelen al lang niet meer om de sportprestatie gaat. Dat het alleen maar draait om geld en macht. Niet kijken voorkomt dat ik weer ga lopen oreren dat we moeten opstaan tegen dat corrupte, op geld en macht beluste IOC. Dat het volkomen idioot is dat er in een stad die geteisterd wordt door ernstig hartfalen in de vorm van een chronische verkeersopstopping vrij baan wordt gemaakt voor lange colonnes IOC bobo’s met chauffeur. Dat de medailles worden gesponsord door een regelrechte milieuramp. En dat dit bedrijf zich op de Olympische Spelen mag presenteren als de grootste klimaatvriend sinds Al Gore. Als ik gekeken had naar de opening van de Olympische Spelen dan zou ik zeker hebben geroepen dat het een bewijs van totale krankzinnigheid is dat een obesitas promotor als Mc Donnald’s niet alleen TOP partner van het IOC is, maar ook de grootste junkfood vreettent ter wereld heeft geopend. In het Olympisch Park! 1500 BigMac junkies per uur kunnen er ‘geholpen’ worden. Ik heb dus gisteravond niet de avond van de anderen verpest door te refereren aan alle schandalen, de corruptie, de doping, het machtsmisbruik, de financiële belangen en de idiote concessies die bestuurders doen om dit evenement binnen de grenzen te krijgen.
Dat heb ik dankzij intensieve therapie allemaal niet gezegd, gisteren.

Mijn behandelaar is optimistisch. Hij verwacht zelfs dat ik straks het Eurovisiesongfestival wel verdragen kan.
Ik help u hopen.

Profiel: @punkmedia, de Plaatjesmaker

Een foto maken.
Iets vastleggen op de gevoelige plaat, heet het wel. We ‘kunnen’ het tegenwoordige allemaal. Miljoenen afbeeldingen komen er dagelijks bij. Moeder met kind, vader’s en auto’s. De artiest op het podium waarnaar we kijken. De tuin, de hond, de geit. Alles wordt vastgelegd.
En werkelijk alles is als het moet seconden later voor iedereen toegankelijk via het Internet.

Gevoel in een plaatje krijgen, een plaatje iets laten vertellen en het verhaal in een plaatje vangen is wat anders. Dan is een camera niet genoeg. Daar is een plaatjesmaker voor nodig.
Zoals @punkmedia.

De plaatjesmaker @punkmedia startte in 2010 met ‘Mijn Moment‘. Op ‘Mijn Moment‘ vertellen bekende en minder bekende mensen over hun hoogte en/of dieptepunten van het afgelopen jaar. De verhalen zijn zeer divers, oprecht, eerlijk en vaak heel kwetsbaar. Eén en hetzelfde jaar, gezien door de ogen van zeer verschillende mensen en verzameld door een gedreven plaatjesmaker.
Mijn Moment‘ is een tijdsbeeld.

De plaatjesmaker @punkmedia is oprecht geïnteresseerd in mensen. Dat lees je in de verhalen, dat zie je aan de foto’s. @punkmedia wordt vertrouwd door de mensen die meewerken aan dit project.
Die betrouwbaarheid en de interesse van de plaatjesmaker @punkmedia zijn wellicht niet de kwaliteiten die maken dat @punkmedia technisch mooie plaatjes maakt.
Het zijn wel essentiële kwaliteiten om het ‘gevoel’ in beeld te krijgen en vast te leggen.
En dat is wat ‘Mijn Moment‘ zo mooi en uniek maakt.

O ja, en dat plaatje dat hierboven staat?
Dat is Henk-Jan, ofwel @punkmedia de plaatjesmaker.
Die vinger linksboven is van mij.
Maar ja, ik ben dan ook geen plaatjesmaker.

Vakantie

‘Hé Ton, biertje?’
‘Doe maar Jaap, en zet er een jonkie naast.’
‘Je ziet er wat vermoeid uit kerel, tijd voor vakantie?’
‘Pfff, nee man. Spaar me. Ik ben net terug.’
‘Oh, was het niet leuk?’
‘Leuk, leuk. Meer vermoeiend.’
‘Goh.’
‘Weet je wat het is Jaap, ik word zo moe van al dat gedoe man. Een week voor-stress, want het weer zit niet mee, de caravan moet schoon, is de verzekering wel geregeld, de kinderen willen niet naar de camping, ruzie over de route, de vertrektijd en noem maar op.’
‘Tja.’
‘En dan moet je nog hè. Ik zeg tegen Jacq, laten we nou ‘s nachts rijden, dan staan we niet in de file. Maar nee, dat kan niet want daar kan Fleur niet tegen en Thomas wordt ziek van rijden in het donker. Dus, 60 kilometer file. Kotsende kinderen van de warmte, 100 kilometer omgereden ‘want dat is een veel snellere weg zegt mijn vader’. En maar zeiken hè. Mag de radio zachter, mag de radio harder, kan de airco even uit, mag het raam dicht, wat is het hier warm, ik ben misselijk, ik moet plassen, mag ik snoep, mag ik chips, mag ik cola, ik moet alweer plassen, is het nog ver? Duurt het nog lang? Wanneer zijn we er nou? Kunnen we even stoppen? Is het nog ver? Krijgen we ijs? Zijn we er al?
Knettergek word ik er van!’
‘Nog een biertje?’
‘Ja, lekker. En een borrel.’
‘Waar ben je geweest?’
‘Op een camping in zuid Frankrijk. Ook zoiets. Zuid Frankrijk. Wat is er verdomme mis met Appelscha? Het hele jaar werk ik mij de ziekte. Voor de hypotheek weet je wel. Ik ben ‘s morgens om 6 uur de deur uit en kom ‘s avonds om een uur of 8 afgenaggeld weer binnenrollen. Allemaal om een mooi huis te kunnen betalen. Bijna 2 ruggen hypotheek! En dan ben je eindelijk 3 weken vrij en dan moet je met de hele hut naar zuid Frankrijk! In een ca-ra-van! Heb jij wel eens met 3 kinderen in een caravan geslapen?
‘Eehh, nee.’
‘Nou, ik ook niet! Sex in een caravan? Ja, effe snel achterlangs als de kinderen in het zwembad liggen. En zachtjes hè, de buurtjes zitten buiten aan de koffie en je kan die ouwe z’n longen horen piepen, net als ‘s nachts. Dus als der wat kraakt dan weten zij ook wat we doen. En dat willen we niet hè? Eten in een caravan? Ja, zweten in een caravan, dat gaat aardig. Ik heb thuis een super espresso apparaat staan. Zit je dan, op de camping. Met je koffiepads. Nee, dat vlees hier kun je niet vertrouwen hoor, dus dat is 3 weken bockworst zuigen, voorverpakte hamburgers smakken en patat met frikandel. Want dat hebben ze wel. In zuid Frankrijk. Patat.
Man, man, man. De hel is het!
‘In zuid Frankrijk is het tenminste mooi weer Ton!!’ Nou, niet als ik er ben dan zeker. Niks anders dan water! Water van de berg, water uit de lucht en water in de voortent.’
‘Heb je nog leuke dingen gedaan? In zuid Frankrijk?’
‘Je bedoelt bergen beklimmen, parachute springen en bungeejumpen? Van die dingen?’
‘Ja?’
‘Nee! Veel te gevaarlijk, veel te duur en niet geschikt voor de kinderen! Karaoke, in de kantine. En bingo. En aquajoggen in het zwembad. Bij maanlicht.’
‘Aakwaa watte?’
‘Aqua-joggen. Dat is in het water en dan net doen of je niet in het water bent. Zoiets. Goed voor je. Zeggen ze dan.’
‘Oh. Goh.’
‘Ik ben blij dat ik weer thuis ben.’
‘Tja, dat geloof ik. Biertje nog maar dan? Van mij.’
‘Ja doe maar joh, kan het schelen.’
‘Maandag weer aan het werk zeker?’
‘Nee, ik heb nog 2 weken.’
‘Zo, had je 5 weken vakantie dan?’
‘Nee, 3 weken.’
‘Huh? Maar je bent toch 3 weken naar Zuid Frankrijk geweest?’
‘Ikke niet. Na een week was ik het zat. Of ze waren mij zat, dat kan ook.’