Dag: 23 maart 2011

Met de vlam in de pijp uit

In het Vlees Magazine wordt bericht over wegrestaurant ‘Frans op den Bult’ in Deurningen (dat ligt, hoe kan het anders, in Twente) dat een bijzondere maaltijd voor truckers gaat serveren.
Truckers, u weet wel. Dat zijn die met overgewicht kampende en aan hartklepvervetting leidende ridders van de weg.

Voor deze jongens heeft Frans op den Bult dus iets nieuws bedacht: de Bullshitschnitzel.

De afmetingen zijn 50 bij 30 centimeter en het gewicht is een kilo. Een kilo schnitzel dames en heren, en wie hem weg weet te werken in minder dan 30 minuten krijgt € 7,50 retour.
De snelste eter van de maand krijgt zelfs een waardebon van € 15 en de snelste eter van het jaar een LCD televisie.

Op naar een snelle dood. Met de vlam in de pijp uit.

(Dit succes wordt uitgebouwd uiteraard. Over een paar weken kun je een te gekke alcoholtester winnen als je naast de schnitzel ook nog eens in 30 minuten 15 halve liters Grolsch weet weg te slikken.
En als het je lukt om daarna de vrachtwagen heel in Almelo te krijgen krijg je daar van café ‘Plop’ nog een halve liter pure graanjenever. Moet je wel ter plekke opdrinken. Je krijgt er overigens een portie bitterballen bij, 135 stuks. Met majo.)

In een paar ogenblikken

Op zaterdagmiddag 26 september 2009 werp ik een blik in onze buitenoven waar een pizza staat te bakken.
Ik krijg iets in mijn oog. Ik heb er die avond, ook na het uitdoen van mijn lenzen last van. Omdat ik alleen met de kinderen ben dat weekeinde besluit ik even te wachten tot de dag erna.
Achteraf niet handig.

Mijn oog blijft zeer doen. De volgende middag om 16.00 uur zit ik bij de dokterspost in het Antonius Ziekenhuis Sneek.
De arts ziet een beschadiging en irritatie. Hij schrijft een oogdruppel voor. Maar niet de juiste.
Achteraf niet handig, het zette de turbo op de infectie.

Op maandag ga ik naar mijn huisarts. Die geeft een zalfje en een ooglapje.
Achteraf niet handig.

Op dinsdag ga ik naar mijn huisarts. Die geeft nog een zalfje.
Achteraf niet handig.

Op woensdag bel ik de huisarts en zeg dat ik naar een oogarts wil. Ik moet eerst langskomen.
Achteraf niet handig.

Om 10.30 uur zit ik in het Antonius te Sneek te janken van de pijn in in de wachtkamer.
Pas om 11.30 uur word ik gezien.
Achteraf niet handig.

Om 12.15 uur ben ik weer thuis. Ik moet direct naar het UMCG in Groningen, maar moet zelf mijn vervoer regelen. Ik kan niet meer rijden. De rit van en naar het ziekenhuis was al een dodenrit. Ik kan niet meer tegen licht.
Achteraf helemaal niet handig.

Een gepensioneerde buurman bestelt een taxi.
Om 13.30 ben ik in het UMCG, ik word direct gezien en de specialist schrikt. Direct antibiotica opbouwen, kweek maken en wachten.
Een uur later word ik opgenomen. Er zit een gat van 6 bij 6 mm in mijn hoornvlies.
Weggevreten door een bacterie.
Niet onderkend door weekendarts en huisarts.
Allemaal niet zo handig.

Er volgen maanden van herstel.
Ik slik bergen pijnstillers tot aan morfine preparaten toe.
Heus, het gevoel dat iemand continu met een vinger heel hard in je oog duwt is echt heel erg pijnlijk.
Als een kleuter heb ik zitten janken.
Pas begin december kan ik weer, met zonnebril, wat licht verdragen.

De schade?
Zicht in linkeroog nog 16%. Het littekenweefsel na de infectie zit voor mijn pupil, ondoorzichtig als een douchegordijn. Ik zie geen diepte meer. En ik kan niet meer tegen lichten van tegemoetkomend verkeer.
Het licht wordt verstrooid en dus lijkt het altijd of iedereen met groot licht rijdt.

Op 9 september 2010 krijg ik een hoornvliestransplantatie. Een z.g. ‘DALC’.
Ik zie weer 30%.

Op 9 oktober volgt een 2e operatie. Er moeten scheerlijnen bij, de hechtingen komen een beetje los.

Januari 2011. De operatie zou toch meer resultaat moeten hebben, maar het blijft bij 30%.
Daarnaast is de druk in de oogbol te hoog.
Nieuwe medicatie.

Vandaag, 23 maart 2011, 543 dagen nadat ik een ‘vuiltje’ in mijn oog kreeg ga ik opnieuw naar het UMCG. De ‘staarspecialist’ gaat kijken of er iets aan mijn oogboldruk gedaan kan worden (staaroperatie?) en ik ga overleggen of ik een nieuwe, complete hoornvliestransplantatie wil.

Overigens zitten de hechtingen van de eerste 2 operaties er nog gewoon in.
En irriteert dat oog nog iedere dag.
En hang ik dus al ruim 500 dagen aan de antibiotica, cortisonen en oogboldruk verminderaar.

Sinds kort gebruik ik ook kunstmatige tranen.
Want huilen lukt niet meer.