Maand: februari 2011

Kijk, een reiger

Mijn twee jongste kinderen zijn 6 maanden jong en ik besluit om mijn vaste contract met de zorginstelling waar ik werk op te zeggen. Ik kan de combi werken en moederen niet naar mijn zin in vullen en ga fulltime moederen. Althans dat lijkt me de juiste beslissing.

Het pakt anders uit. Moederen is fijn. Af en toe kunnen werken ook fijn. Maar dan wel wanneer ik daar voor kies. Dus ik ga via het uitzendbureau weer aan het werk. Vrij snel kom ik weer in de zorginstelling waar ik nog geen twee maanden eerder mijn ontslag heb genomen.
Zoals een prettige uitzendkracht betaamt zeg ik tegen mijn collega: “Nou zeg maar wat ik kan doen”. Zij stuurt me naar buiten met een vrouwelijke patiënte. De vrouw wil graag naar buiten en wil ook wel afspraken met mij maken om bij me te blijven en met mij terug te keren naar de kliniek na onze wandeling.

We komen buiten, het zonnetje schijnt. “Zullen we het wandelpad op?”, vraagt de vrouw. Ik stem voor. Het is een mooi pad door een aangelegd natuurparkje. We wandelen en keuvelen wat, over het zonnetje, de sneeuwklokjes en de belofte aan een mooi voorjaar.
Dan stopt de vrouw en ze zegt: “Kijk, een reiger”. Ik kijk naar de richting waar haar hand heen wijst.
Dan: een duw van haar en een gil van mij.

Wat gebeurt er? Ik val van het pad. De vrouw heeft me omver geduwd, het water in. Kopje onder.
Wanneer ik boven kom is de vrouw niet meer te zien. Ik voel alleen de ijzige kou van het water en klauter naar de kant. Het lukt me niet om er uit te komen. Het is te koud.
Ik zwaai en roep naar de mannen die wat verder op aan het werk zijn. Het duurt uren – zo lijkt het – tot ze mij zien en mij uit de penibele situatie bevrijden.
Daarna laat ik het over aan anderen. Ik zie fragmenten van roepende mannen, de ambulance, de heerlijk warme luchtdeken, het lachgas. Het wordt warm. En donker.

De vrouw is gevonden, zelf teruggekomen of opgepikt dat weet ik niet.
De politie komt langs in het ziekenhuis, net als een dame van Slachtofferhulp, de teamleider van de kliniek en de collega die mij naar buiten stuurde.
Of ik aangifte wil doen vraagt de politie. Van zware mishandeling. Dat is het wel.
Een verbrijzelde rechterenkel en een gebroken linkerenkel.
De dame van slachtofferhulp wil helpen. “Het is me wat”, zegt ze.
De teamleider en de collega weten niet wat ze moeten zeggen. Behalve dat de vrouw is overgeplaatst naar een andere kliniek.

De enkels genezen weer, na 3 weken mag ik weer naar huis, terug naar mijn kindertjes en mijn liefste. Hij blijft me zeggen dat het mijn schuld niet is. Ik denk dat het voelt als verkrachting, dan weet je ook dat het jouw schuld niet is maar je voelt het toch: de schuld.

Het is alweer meer dan 10 jaar geleden en ik denk dat niemand er ooit nog aan denkt.
Behalve wij, wanneer we buiten wandelen, met de honden en we een reiger zien.
“Kijk een reiger” zeggen we dan.

Dit blog is geschreven door @DePleegzuster.

Van de ratten en een stinkend schip

Ook Libië staat nu in brand. Vanuit Tripoli, Benghazi en Misrata zien wij dagelijks de beelden, vastgelegd met mobiele telefoons, van de angst, de paniek en het bloed.
Heel veel voormalige vrienden van het Kaddafi regime keren de Noord Afrikaanse tiran de rug toe.
Wij verwelkomen die geluiden, wij applaudisseren bij de beelden.
Ik vind dat gek.

Dat een slecht betaalde soldaat of politieagent bij het zien van wat er gebeurd, of bij het ontvangen van een volgende idiote opdracht zegt dat het genoeg is geweest en vervolgens Kaddafi de rug toe keert: hij of zij verdient onze bewondering!
Daar is moed voor nodig. Zeker wanneer je bedenk dat de overgrote meerderheid van die mensen zich in Libië bevinden.

Om bijvoorbeeld ambassadeur van Kaddafi te worden heb je vrienden nodig. Het zijn van die ‘baantjes voor bofferts’. Je wordt het niet door hard werken, je wordt het door onbeperkte steun aan Kaddafi. Je wordt ambassadeur van Kaddafi wanneer hij je dat gunt; als hij jou als een ‘vriend’ ziet. Jij zult in ieder geval hebben moeten laten merken – in woord en in daad – dat jij een vriend van Kaddafi bent.

Ineens laten de heren ambassadeurs weten dat zij tegen het regime zijn. We horen hen op televisie hun afschuw uitspreken.
Ik hoorde gisteren op televisie een ambassadeur verklaren dat Kaddafi wel degelijk de initiator is geweest van de Lockerbie ramp.
En dat hij dat kan bewijzen.

Hij kan dat bewijzen?
En hoelang kan hij dat al niet bewijzen dan?

Het zijn de ratten die het stinkende Kaddafi schip verlaten.

Laten we vooral niet alleen zien dat de ratten het stinkende schip de rug toe keren.
Laat ons vooral de geur blijven ruiken die aan hen kleeft.

De #Hashtag

De #Hashtag is een frame, een idee.
Het is gaan ontstaan toen ik ruim een week geleden te gast was bij een Twitterlunch van @puur.
De Twitterlunch is fun en ik heb mij er kostelijk vermaakt.

Wat zou het toch mooi zijn wanneer een maandelijks terugkerend evenement door het hele land zou trekken.
Dat je ook een keer in Groningen, Friesland of Zeeland kunt aanschuiven en een paar uur met andere tweeps kunt doorbrengen.

Dat kan ook. En de manier waarop dit volgens mij kan is via een idee als De #Hashtag.

Om De #Hashtag te realiseren is de support en omarming van de Twitter gemeenschap noodzakelijk. Alleen wanneer jullie het idee omarmen zal De #Hashtag werkelijkheid worden.
Ik geloof in de kracht van de gemeenschap, de ‘crowd’.
Ik ben er dan ook van overtuigd dat als het idee goed is, het op deze manier gerealiseerd kan worden.

Ik zou zeggen, breng een bezoek aan De #Hashtag website, abonneer je op de #Hashtag Nieuwsbrief en volg @DeHashtag op Twitter!

Let’s make this work!

Over Libië straks meer, nu eerst de sport

We kijken ‘live’ naar een revolutie.
We zijn getuige van het moment dat een megalomane leider besluit zijn leger bommen te laten gooien op de burgers van de grote steden, terwijl op het vliegveld zijn privé jet wordt volgeladen met kisten geld.
Er woedt al weken een vuur dat zich oncontroleerbaar lijkt uit te breiden. Als brand in een gortdroog bosgebied.
Grenzeloos, overspringend van boom naar boom, van struik naar struik en van bos naar bos.
Er staat een hele regio in de fik.
De één spreekt over bevrijding, de ander waarschuwt voor nieuwe radicale islamitische staten die zullen ontstaan. Nog weer een ander roept om het sluiten van de grenzen, nu het nog kan. De vluchtelingen zullen ons immers straks in grote golven, tsunami’s, overspoelen.

Ik kijk naar de beelden en luister naar huilende en schreeuwende stemmen die monotoon vertaalt verslag blijken te doen van moordpartijen, schietincidenten en overvallen.
Ik raak in verwarring, de hele situatie beangstigt mij.
Het beangstigt mij dat niet meer mensen angstig zijn.

Dan komt onze vertrouwde presentator weer in beeld.

Ook voor de sport heeft de onrust in Noord Afrika gevolgen. Zo heeft de Formule 1 organisatie …

Deze omschakeling, dit moment, dit bizarre bruggetje.
Dit is wat mij pas echt bang maakt.

Vrijheid is als voorrang in het verkeer

Vrijheid is een tegenstrijdigheid.
Vrijheid is immers helemaal persoonlijk. Wat vrijheid voor de één is, is gevangenschap voor de ander. Er zijn bijvoorbeeld mensen die zich ‘vrij’ voelen wanneer zij niet gebonden zijn door een (liefdes)relatie. Ik voel mij daarentegen pas vrij sinds ik niet meer op jacht hoef.
Omdat we niet alleen zijn maken we afspraken hoe we met elkaar omgaan. Willen we een zekere vorm van vrijheid kunnen beleven dan zullen we met elkaar moeten afspreken wat wel en wat niet kan.
Doe we dat niet, dan is er geen vrijheid, dan heerst chaos. Maar door afspraken te maken beperken we elkaars vrijheid. Dat dan weer wel.

Vanmorgen vroeg ik aan mijn volgers op Twitter: “Wat is voor jou vrijheid? In 140 tekens graag.”
Ik vroeg dat omdat ik zelf al een tijdje in mijn hoofd heb dat vrijheid niet bestaat. Niet bestaat omdat het niet kan bestaan. We zijn met teveel. We zijn sociale dieren. We zullen altijd in elkaars omgeving verkeren met onze individuele definitie van vrijheid. En we zullen altijd afspraken met elkaar maken om het voortbestaan van de sociale groep te garanderen. En daar past simpelweg de ultieme, individuele vrijheid niet bij.
Wij zullen nooit meer vrijheid ervaren dan de groep ons toestaat.
Het is niet onze individuele definitie die bepaald hoe vrij we zijn, maar onze gezamenlijke definitie die aangeeft waar de grenzen aan de individuele vrijheid liggen.
Vrijheid, in de pure zin van het woord, bestaat in mijn ogen dus niet.

Ik vroeg er mijn volgers op Twitter dus naar. En, ik kreeg een hoop leuke en interessante reacties. Een aantal reacties uit mijn mini-enquête heb ik hieronder weergegeven. Reacties van gelijke strekking heb ik weggelaten.
Het gaat over vrijheid, dus een antwoord kan nooit fout zijn, of goed.
Ik geef er wel een reactie op. Al was het maar om jullie te prikkelen.

Vrijheid is mijzelf bewegen binnen de normen en waarden die God gesteld heeft en mijzelf hierdoor vredig,kalm en vrij te voelen (Twettepet)

Om maar meteen met de deur in huis te vallen: geloven in een god is voor mij een vorm van angst. Angst voor het onbekende, angst voor de dood, angst voor de zinloosheid.
En derhalve altijd een uiting van onvrijheid.

De mogelijkheid om je eigen toekomst te bepalen, onafhankelijk van je afkomst, geslacht, religie en sexuele geaardheid. (@Jemsmit)

Tja, dat is leuk gesteld. Maar, op welke leeftijd gaat dat dan bijvoorbeeld in?
Ik heb mijn kinderen (in ieder geval tot vandaag) geenszins ‘vrij’ opgevoed. ‘Ik ben de baas, ik ben papa en jij bent kind en jij luistert naar mij. Dat bepaal ik voor jou.’
Daar heb ik zeker geen spijt van. Kinderen groeien in een beschermde, gecontroleerde en in zeker mate beperkte omgeving op tot individuen die met vrijheden om kunnen gaan en vrijheden weten te waarderen.
Daar is opvoeding voor nodig, kinderen worden niet vanzelf ‘in volledige vrijheid’ groot.
Tenminste, ik geloof dat niet.

Je leven te leven zonder te denken aan wat anderen er van je gedrag vinden. Leven zonder te (ver)oordelen. (@MdKaatje)

Ok, hier spreekt dus uit dat je de ander niet persé nodig hebt om vrij te zijn. Maar helaas, daar is die ander wel voor nodig. Want niet alleen moet het jou lukken om niet te denken aan wat anderen van jouw gedrag vinden, maar die ander moet jou met jouw gedrag ook met rust laten. En, zo werkt het niet.
Het is een mooie individuele definitie van vrijheid, maar praktisch gezien – in de grote groep – een onhaalbare.

Vrijheid is voor mij: kunnen doen wat ik wil, zonder tegenstand van ziekte, regels of meningen van anderen. (@tuxeltje)

En dus onmogelijk.

Vrijheid is te kunnen doen wat je wilt zonder een ander schade toe te brengen op welk vlak dan ook. (@EricVerberne)

Je kunt niet ‘doen wat je wilt’ wanneer je tegelijkertijd een ander geen schade mag toebrengen ‘op welk vlak dan ook’.
Dat is geen vrijheid, dat heet een tegenstelling.

vrijheid is iedereen het respect gunnen zijn of haar vrijheid zelf in te vullen. En je eigen vrijheden niet op te dringen. (@Baklap2)

Ja, mooi. Alleen, hoe weten de anderen wat ik als mijn vrijheid zie, en welke ruimte ik daarvoor nodig heb als ik het hen niet mag ‘opdringen’. Ga je er van uit dat de ander jou die vrijheid zonder meer geeft?

Vrijheid is ervaren van een grenzeloos bestaan: Omgaan met grenzen terwijl alles is zoals het is. (@fotovandenatuur)

Die moet me nog eens uitgelegd worden, ik snap hem niet. Dit valt voor mij in de categorie ‘klinkt leuk, maar maak het eens praktisch’.

Vrijheid? Dat iemand eerst aan me vraagt wat ik ermee wil, voor iemand er wat mee doet. (@PJCokema)

Ehhh, het lijkt er een beetje op dat jij de vrijheid wilt om te bepalen of jij ergens wat mee wilt en dus of een ander ergens iets mee mag. Dat zul je vast niet bedoelen?

Jezelf kunnen zijn. (@pieter020)

Ik snap het. Maar geldt dat dan ook voor iedereen? Niet alleen homo’s en hetero’s, maar ook pedo’s bijvoorbeeld?

Zonder zorgen zijn omtrent uiten van mening, voorkeur en afkeer en durven maken van keuzes en stappen zonder angst. (@Caro_Geurtsen)

En? Ben je dat? Bij jij vrij? Ga je ooit zo vrij worden? Is het haalbaar? Voor jou, je kinderen of de mensheid in het algemeen?

Ultieme vrijheid: dat er door niets of niemand op je gewacht wordt. Even opwinding en dan leegte. Naar. (@MarianneWip)

Hé, nog niet gezien. Vrijheid, de ultieme vrijheid is naar. Er zijn vast mensen die hier wat van vinden.
Ik denk dat er heel wat inzit. De ultieme vrijheid staat misschien wel gelijk aan eenzaamheid.

Binnen bepaalde wetmatige kaders m’n eigen keuze maken. Kaders zijn nodig anders anarchie. Soms zijn kaders beperkend. (@twit_pik)

Iemand die vrijheid niet koppelt aan doen en laten waar je zin in hebt. Als dit de definitie van vrijheid is, dan kan vrijheid denk ik bestaan.

Vrijheid is slechts de illusie die ontstaat bij het overschrijden van grenzen die voor de massa gelden. (RobertdeRuijter)

Ik vind hem mooi. Heel mooi.

vrijheid: gedachten, woorden en daden niet laten beknotten door wat ‘normaal’ wordt geacht, mensen iets leren van jou ervaringen. (@Hemelwandelaar)

Ja, mooi natuurlijk. Maar dat niet ‘laten beknotten’, dat vraagt uiteraard kracht, weerstand, vechten. Dat is geen vrijheid, dat is strijd. ‘Mensen iets leren van jou ervaringen?’ Wat heeft dat precies met vrijheid te maken?

Vrijheid is dat je niet de behoefte hebt om, uit angst of ander negatief gevoel, een ander in zijn vrijheid te beperken. (@Zjanette)

Waarom die tussenzin? Zonder die tussenzin zou het wel eens heel dicht in de buurt kunnen komen van wat vrijheid misschien is: de vrijheid van de ander niet beperken.
Wat vindt u?

Ik kom overigens tot de volgende (voorlopige) conclusie:

Vrijheid is als voorrang in het verkeer, het moet je worden gegund.

Om de onmogelijkheid van vrijheid te ervaren gelieve u van A naar B te fietsen in een willekeurige stad.

O ja, en reuze bedankt allemaal!