Ach, het is maar een naam hoor. Maar deze spruiten eet je niet, die val je aan!
Heerlijk. Wel wat pittig, maar goed. Ik zei ook ‘gewapend’ hè.
Spruiten schoonmaken, koken in een klein beetje water. ‘Al dente’ mensen!! Niet tot snot die dingen. Het zijn spruiten, geen natte schuimpies.
Ondertussen op een stevig vuurtje een bakje gerookte stukjes spek bakken (geen olie in de pan), snijd ondertussen een uitje, rood pepertje en een paar teentjes knoflook fijn.
Spekjes afblussen met droge witte wijn, (half kopje) ui, peper, knoflook erbij en even rustig laten instomen tot de wijn weg is. Van het vuur halen.
Hak een handje cashewnoten met een mes fijn, meng 3/4 door het spekmengsel.
Schep de spruiten door het mengsel en stort alles op een ondiepe schaal.
Dan de laatste gehakte cashewnoten er over.
Aanvallen!
Volgens Becel (u weet wel, dat merk dat zo hartstochtelijk de Hartstichting sponsort en daardoor producten maakt die veel beter en gezonder zijn dan andere merken die hetzelfde 43-keer verzadigde vetzuur hun kwartarine stoppen) eten wij veel te veel zout.
En gelukkig heeft Becel ontdekt dat wij wel 25% van al dat zout uit het brood halen dat wij eten.
Och, och… de horror.
Al dat boord, met al dat zout.
Jeminee.
Brood is zout, veel te zout. Nou ja, brood is eigenlijk alleen maar zout!
Behalve het brood van Becel natuurlijk hè. Want dat zit niet alleen ‘vol’ koren en bevat ‘meer’ granen (Voelie’em, lachen hè?), maar Becel brood bevat ook nog eens 40% minder zout!!
Dus, zo schreeuwt Becel in haar radio reclame: ‘U hoeft zich geen zorgen te maken!’
Oh.
Dus, met brood van Becel hoeven wij ons dus geen zorgen meer te maken. Over dat zout dus.
Even rekenen.
Van al het zout dat wij binnenkrijgen komt 25% uit het brood dat we eten (ik zou dat onderzoek wel eens willen zien, maar goed, laten we aannemen dat het zo is).
Dus, zo stelt Becel, ook 25% van het TEVEEL aan zout komt uit het brood dat wij eten.
Daarom doet Becel in haar brood 40% MINDER zout.
Stel, wij zetten de gemiddelde hoeveelheid zout die wij binnen krijgen op 10 gram.
(Geen idee hoe zich dat tot de realiteit verhoudt, maar dat geeft niks, het rekent makkelijk. Mag ook best van Becel denk ik want zij zeggen bijvoorbeeld nergens HOEVEEL zout wij nu eten, en HOEVEEL van dat zout nu TEVEEL is. Allen maar dat wij er teveel van eten en dat 25% uit brood komt.)
Wij krijgen 25% van het TEVEEL aan zout via brood binnen.
Stel dat van die 10 gram er 2 gram TEVEEL is, dus dat wij eigenlijk maar 8 gram nodig hebben.
Dan komt 25% van die 2 gram zoutoverdosis, dat is 0.5 gram via brood binnen.
Nemen wij dus brood van Becel dan krijgen wij geen 0.5 gram, maar slechts 60% van die 0.5 gram, en dat is 0.3 gram zout binnen.
Al met al krijgt u, wanneer u gewoon brood eet, 2 gram te veel aan zout binnen en als u brood van Becel neemt dan krijgt u 1.8 gram te veel zout binnen.
Ofwel, u krijgt nog iedere dag 90% van het TEVEEL aan zout binnen!
ZOU HET LATEN STAAN VAN DIE ZAK CHIPS NOU ECHT NIET MEER ZOUT ZODEN AAN DE DIJK ZETTEN??!!
– Goedemiddag en welkom op deze schitterende dag!
– Dat is maar net waar je van houdt natuurlijk.
– Pardon?
– Dat je er maar net tegen moet kunnen. Tegen die zon. Ik kan er niet tegen. Ik krijg er vlekken van. Van die zon. Geef mij maar wolken.
– Oh, ja. Nou, dat is vervelend zeg. Dat u er niet tegen kunt. Wat kan ik voor u betekenen?
– Je zou eerst dat scherm eens wat kunnen laten zakken.
– Maar natuurlijk mevrouw. Kijkt u eens. Zo. Wilt u iets eten? Zal ik u de kaart even aangeven?
– Heeft u pizza?
– Jazeker, wat voor pizza had u gewenst?
– Wat voor pizza heeft u?
– Kijkt u eens, we hebben er 84, staan allemaal op onze uitgebreide kaart.
– Ik heb mijn bril niet mee.
– Hier, neemt u mijne maar even dan. Hahaha.
****
– Heeft u voorkeuren? Voor vlees, vis, groente, kaas?
– Ik lust geen vis.
– Ah, geen vis. Eens even zien. Een pizza met lekkere kaas dan?
– Wat voor kaas?
– We hebben een pizza met 4 soorten kaas, of met parmezaan, of met mozzarella, of gewoon met Hollandse kaas, dat kan ook hoor.
– Wat zit er op die met 4 soorten kaas?
– Ehhh, dat is parmezaan, mozzarella, gorgonzola en pecorino.
– Van die vieze stinkkaas, die schimmeltroep, hoe noem je dat?
– Blauwe kaas?
– Ja, blauwe kaas, dat moet ik niet hoor. Daar kan ik niet tegen.
– Goed, doen we de pizza met 4 soorten kaas maar dan zonder de Gorgonzola?
– Ja, maar wat krijg ik dan?
– Hoe bedoelt u?
– In plaats van die kaas, wat krijg ik dan?
– Nou, ik stel voor dat we dan wat meer van de andere kazen doen?
– Ja, lekker zeg! Volgens mij is die blauwe kaas juist de duurste kaas.
– Ik zal de kok vragen extra veel van de andere kaas op uw pizza te doen mevrouw.
– Ik heb liever een beetje stokbrood met kruidenboter.
– Dus, geen pizza?
– Jawel, maar ik bedoel, in plaats van die blauwe kaas!
– Nou, dat kan ik niet zomaar doen mevrouw. Ik kan wel aan de kok vragen de blauwe kaas te vervangen door extra veel andere kaas, maar ik kan u geen voorgerecht aanbieden als vervanging van een beetje kaas op uw pizza.
– Oh nee?
– Nee, sorry. Dat gaat niet.
– Nou, lekkere tent.
– Wilt u misschien alvast wat te drinken bestellen?
– Ik wil wel wat water.
– Met of zonder bubbels?
– Met of zonder bubbels?
– Ja, ik bedoel met of zonder koolzuur.
– Nee, gewoon water. Uit de kraan!
– Ik ben bang dat wij …
– Wat? Is jullie water afgesloten? Is het vies? Hebben jullie geen drinkwater?
– Jawel, maar ik ..
– Nou, gewoon water dus.
– Goed mevrouw.
– In een beker graag, niet in een glas.
– Een beker?
– Ja, ik kan niet tegen glas aan mijn lippen.
**
Ach, het is maar een naam hoor. Maar deze spruiten eet je niet, die val je aan!
