Jellum ligt op een steenworp afstand van het dorp Jorwert waarvan Geert Mak de geschiedenis beschreef in ‘Hoe God verdween uit Jorwert‘. Eetcafé Jonker Sikke staat aan de doorgaande weg die je via Baars naar Jorwert brengt. Parkeren kun je aan de overkant, bij het kerkje en het kerkhof. En niet, zoals Berend probeerde, naast het eetcafé.

Er is niets mis met Eetcafé Jonker Sikke.
En, daarmee is alles eigenlijk wel gezegd. Het terras, het interieur, de bediening, de kaart; er is allemaal niks mis mee.
Daar tegenover staat dat er ook bijna niets is waarvoor je terug zou willen komen.

Als voorgerecht namen wij een carpaccio, asperge en zalm en tomatensoep.
De carpaccio van ossenhaas was werkelijk heel goed. Vooral de gedroogde ham in combinatie met de ruim gebruikte verse kruiden gaven de carpaccio wat extra’s. 
De asperge en zalm kwam niet verder dan asperge met zalm. Het zag er spannender uit dan dat het smaakte.
De tomatensoep, geserveerd in een klassiek pannetje was geurig, romig maar erg zout. Het zout verknalde de zurige frisheid die er nu onder verscholen ging.

Als hoofdgerecht kozen wij de ossenhaas en entrecote.
De ossenhaas was volgens de kaart een ‘Vorstelijke tournedo’s met een dakje van mozzarella en een zachte rozemarijn jus’.
En het was ook een prachtig stukje vlees, op een mooi opgemaakt bord maar je moet heel erg je best doen om te proeven welke ingrediënten gebruikt zijn. Berend wil proeven wat hij eet en dat bevestigd zien op de kaart, en niet op de kaart moeten kijken om te weten wat hij eet. Het smaakte naar een stukje vlees met groente. Helemaal niks mis mee, maar daarvoor gaat hij niet uit eten.
De ‘Ierse entrecote met een korstje van rozemarijn en broodkruim’ was beter. Jammer dat het zout de rozemarijn probeerde te overheersen. Alsof de kok bang was dat hem het gebruik van zo veel rozemarijn kwalijk genomen zou worden.

Als nagerecht namen we koffie en ‘Appel en kaneel’.
Deze warme appelcake met kaneelijs was erg goed en samen met de heerlijke espresso zeer de moeite waard.

De Friese dorpsbewoner houdt van aardappelen, vlees en jus. Vaak wordt er nog tussen de middag warm gegeten.
Het voelt een beetje alsof de kok van  Eetcafé Jonker Sikke daar rekening mee houdt. Dat zijn gasten niet te veel fratsen willen. Doe maar gewoon, dan doe je gek genoeg.

Van Berend mag het allemaal wel wat spannender. Hij wil best het risico lopen dat er eens iets op tafel komt dat hem te ver gaat. Dat zal je bij Eetcafé Jonker Sikke niet gebeuren.

Geert Mak noemde in zijn boek Jorwert ‘uniek, maar niet bijzonder’.
Voor Berend een prima typering voor Eetcafé Jonker Sikke.
Uniek, omdat je veel Friese dorpen door kunt rijden voor je een eetgelegenheid tegenkomt met de uitstraling en de kaart van Eetcafé Jonker Sikke.
Het zou bijzonder zijn wanneer we ook door de smaak waren verrast.