Het was nog broeierig warm, al was de zon al een tijdje onder.
Op het strand drongen alleen de zware bassen van de live muziek uit ‘De Instuif’ door. De tocht door het droge mulle zand naar De Instuif was zwaar. Mul zand, achtergelaten gaten en weinig licht.

Het was druk. De band speelde opzwepende rock, er werd gedanst en er hing een dikke, warme deken van sigarettenrook, zweet en zonnebrand. Op zoek naar drank werkte hij zich door de menigte naar de bar. Tegen zijn verwachting in was er een kruk vrij. Hij wilde gaan zitten en zij, die op de kruk er naast zat, liet zich op dat moment achterwaarts van de kruk glijden. Wanneer het niet zo druk was geweest was hij zeker gevallen. Nu werd hij opgevangen door warme, bezwete lijven.
‘Sorry!’, riep zij boven de muziek uit. Hij knikte en bestelde een Tequila. ‘Van mij!’, riep de dame in de richting van de barman. Hij keek haar aan en zij lachte. Hij lachte terug. Ze was mooi. Lang, glanzend donker haar. Grote brutale ogen, iets te grote mond en volle borsten onder een wit hemdje.
Vanaf dat moment wilde hij haar.

‘Alleen hier?’, zei hij. Ze wees op de band: ‘De bassist!’. Hij maakte een polsgebaar om aan te geven dat hij haar wat te drinken wilde aanbieden. Ze lachte en wees op zijn glas. Hij bestelde twee Tequila’s. Ze proosten. Toen vroeg hij: ‘Zullen we naar buiten?’ Zij keek verbaasd, lachte en bracht haar hoofd dicht tegen zijn oor en snoof een keer alsof zij hem keurde en vroeg: ‘En waarom zou ik met jou naar buiten?’ ‘Omdat hier niet kan wat ik wil’, antwoordde hij. ‘En wat wil jij dan?’ Hij keek haar strak aan en zei: ‘Ik wil jou aflikken als een ijsje. Van je tenen tot je kruin. En daarna wil ik je nemen. In het zand. Zacht, en liefdevol. Omdat je zo mooi bent.’ Ze keek hem aan. ‘Ok’, was alles wat ze zei en liep naar de deur.

Binnen een half uur waren ze terug. Ze kwamen samen binnen, maar zij ging direct door naar de toiletten. Om even ‘op te frissen’ zei ze.
Hij liep naar de bar en bestelde twee bier. Eén voor hem en één voor de bassist. ‘Ach’, riep hij tegen de barman. ‘Doe de hele band maar een biertje van mij.’ Het bier werd naar de band gebracht. Er werd naar hem gewezen. De band proostte.
De bassist gaf hem een knipoog.
Hij stak lachend een duim omhoog.